Wil jij je beter voorbereiden op de CITO-toets?

De Cito-toets wordt altijd afgenomen in april. Leerlingen van groep 8 van de basisschool maken dan de Cito-toets. Deze is erg belangrijk. Kan zelfs doorslaggevend zijn voor het advies voor de middelbare school.

Dat is dus wel belangrijk.

Op deze website probeer ik te schrijven over de Cito-toets. Ik geef je tips en adviezen om je verder te helpen en om jouw Cito-toets tot een succes te maken. Ik hoop dan ook dat je er veel van opsteekt en er veel aan hebt.

Hieronder zie je een overzicht van de Cito spelling werkwoorden. Dit onderdeel wordt op de Cito-toetsen altijd uitgebreid getoetst. Het is dus belangrijk om je daarop goed voor te bereiden. Op die manier voorkom je dat je fouten maakt die je niet hoeft te maken.

Stukje Cito instructie spelling

In je boekje staan telkens vier zinnen. In elke zin is één woord dikgedrukt. Je moet vooral naar dat woord kijken. Hier op het bord heb ik een voorbeeld opgeschreven. Je moet in dit voorbeeld dus kijken naar de dikgedrukte woorden. Dat zijn: hoesdrankje, opdracht, actief en lengte. De vraag is nu: in welk van die vier woorden zit een fout? Het gaat alleen om de woorden die dikgedrukt zijn. Heb je het foute woord gevonden? Wat is het? Goed zo, hoesdrankje. Dat is fout geschreven. Nu kijk je in welke zin het foute woord staat. Hoesdrankje staat in zin A. Dan zet je op je antwoordblad een rondje om de letter A. (Of. Dan zet je een rondje om de letter A die voor de zin staat. Of: Dan schrijf je op je proefwerkblad een A.) Daarna ga je naar de volgende opgave. Zo werk je heel het boekje door. Als je klaar bent, doe je je boekje dicht. Als je per ongeluk een rondje om de verkeerde letter hebt gezet en je wilt het verbeteren, dan kan dat. Je zet gewoon een kruis door het rondje en daarna zet je een rondje om de juiste letter. (NB. Als leerlingen met potlood schrijven, kunt u er natuurlijk ook voor kiezen om verkeerd geplaatste rondjes weg te laten gummen in plaats van ze door te laten strepen.) Is het voor iedereen duidelijk? Dan mogen jullie nu beginnen. Doe je boekje maar open.
De leerlingen kunnen nu zelfstandig aan het werk gaan. Na ongeveer een half uur, als iedereen klaar is met de module, haalt u de opgavenboekjes weer op.
Wat u na de afname moet doen staat in hoofdstuk 3.